Sterilisatie van de kattin
Kattinnen worden gemiddeld rond de leeftijd van 6 maanden voor de eerste keer krols. Dit krolse gedrag kan je herkennen aan het vele miauwen (wat u slapeloze nachten kan opleveren), meer aanhankelijk zijn dan anders en de typische houding die de kat aanneemt: namelijk liggend op de voorpoten, het achterste in de lucht met de staart opzij (zie foto’s).
Tijdens die eerste krolsheid is de kattin al vruchtbaar en kan ze meteen al voor nakomelingen zorgen. De gemiddelde nestgrootte bij katten is 4 kittens en aangezien katten makkelijk 2 of zelfs 3 (ongewenste) nesten per jaar kunnen krijgen, kan het aantal nakomelingen snel oplopen. Om dit te vermijden (de asiels zitten overvol met kittens en zwerfkatjes) raden wij aan de kattin te steriliseren rond de leeftijd van 6 maanden.
Hierbij worden de eierstokken van de kattin weggehaald en indien nodig ook de baarmoeder. Bijkomend voordeel van sterilisatie is de verminderde kans op melkkliertumoren en geen kans meer op baarmoederontstekingen (pyometra). Een vroeg gesteriliseerde kattin (gesteriliseerd vóór de leeftijd van 6 maanden) heeft een 10x kleinere kans op het ontwikkelen van melkkliertumoren vergeleken met een niet-gesteriliseerde kattin. Sterilisatie tussen de 6 en 12 maanden leeftijd zou de kans op melkkliertumoren met een factor 7 verkleinen.
Een alternatief voor sterilisatie is medicamenteuze anticonceptie via tabletten (‘de pil‘) of injectie. DIT RADEN WIJ TEN STRENGSTE AF. Het gebruik van deze producten resulteert in een 3 tot 4 keer grotere kans op het ontwikkelen van melkkliertumoren die bij kattinnen in 90% van de gevallen kwaadaardig zijn) en ook een grotere kans op baarmoederontstekingen.
Hier ziet u foto’s van een kat met een baarmoederontsteking. De kat woog voor de operatie 4 kilo en na de operatie 2,8 kilo. De baarmoeder had dus een gewicht van 1,2 kilo!
Hoe gaat het in zijn werk?
Een sterilisatie gebeurt bij ons op afspraak. De kattin dient nuchter te zijn op het moment dat de sterilisatie plaatsvindt. Meestal zal de sterilisatie bij ons ’s morgens ingepland worden. De avond voordien mag de kattin nog eten, daarna neemt u het etensbakje weg. Het drinkbakje mag blijven staan. De kattin mag dezelfde middag of avond (wat voor u het beste past) weer naar huis. Bij ons krijgt de kattin een ontstekingsremmer (werkt ook pijnstillend) en antibiotica. U hoeft nadien zelf geen medicatie meer te geven.
Het hechten van de huid gebeurt intradermaal, dit wil zeggen dat de hechtdraad volledig in de huid verstopt zit zodat de kat er niet aan kan likken. Het is dan ook vrijwel nooit nodig dat de poes een kraag om moet na de operatie.
De hechtdraad lost uit zichzelf op en er hoeven dus geen hechtingen verwijderd te worden. Indien alle nazorg netjes verloopt hoeft er geen controlebezoek te gebeuren tenzij u toch graag even de kat komt laten controleren (uiteraard is dit een gratis controlebezoek).
Let op het gewicht na de sterilisatie!
Na de sterilisatie moet er op gelet worden dat de kattin niet verdikt. Over het algemeen zal een gesteriliseerde kattin namelijk meer willen eten terwijl de voedingsbehoefte juist kleiner is. Het is daarom aangeraden om de poes na de sterilisatie voeding te geven speciaal voor gesteriliseerde kattinnen (met een lager energiegehalte). Deze voeding (van Royal Canin) kan u bij ons verkrijgen.